De screeningsprogramma’s zijn gemaakt voor de screening van groepen leerlingen in het voortgezet onderwijs, het mbo en de volwasseneneducatie. Met deze programma's kunnen leerachterstanden en leerproblemen gesignaleerd worden.
De screeningsprogramma's leveren een gedetailleerde diagnose met kwantitatieve en kwalitatieve gegevens over een gemaakte toets. Gegevens waar een docent of remedial teacher mee aan de slag kan. Het is vervolgens goed mogelijk bij de remediëring van taalproblemen bepaalde Muiswerk Oefenprogramma’s in te zetten, bijvoorbeeld Gevarieerde Spelling, Lezen, Studievaardigheid, Strategisch Lezen, Woordkennis of Formuleren. De testen die het meest gebruikt worden zijn de Spellingtest, Tekstbegriptest, Woordkennistest en Zinsbouwtest.
Prijs: € 5,50 incl. btw per leerling per jaar
Omschrijving Testsuite 1
- Unieke kenmerken
- bevat heel veel taalaspecten
- zoekt naar onderliggende oorzaken;
- laat direct resultaat zien
- presenteert een vergelijking met andere scholen;
- is gebaseerd op onderzoek in de praktijk;
- geeft een Meijerink-indicatie of desgewenst CEF;
- heeft een afnameduur van 1-2 uur, afhankelijk van gekozen testen;
- maakt koppeling naar Muiswerk Oefenprogramma's mogelijk, waardoor direct de juiste programma's klaar staan voor elke leerling. - Inhoud
Aan bod komen de gebieden Spelling, Tekstbegrip, Flitswoorden, Woordkennis, Zinsbouw, Luisteren en Taalbeschouwing. In totaal bevat Testsuite 1 24 testen, verdeeld over de genoemde gebieden. Het is niet de bedoeling dat leerlingen al deze testen afnemen. Testsuite 1 bevat voor elke opleiding een basisprotocol. Als je de opleiding invoert en aangeeft op welk gebied je wilt testen, dan speelt Muiswerk automatisch een serie testen af. Uiteraard kun je zelf wijzigingen aanbrengen in de testen die in het standaardprotocol zitten. - Resultaten
Na de testafnames print je een overzicht van alle resultaten. Dit heet het profiel. In de bijlagen vind je vervolgens ook de resultaten van elke test apart.
Het signaleren van taalproblemen
Je zet de screeningsprogramma's op het gebied van taal in bij de screening en diagnostiek van taalproblemen. Op basis van met de testen verzamelde gegevens en het daarna uitgevoerde vervolgonderzoek kun je een remediëringsplan opstellen, adviezen geven aan mentoren en docenten en een aanbeveling doen aan het bevoegd gezag om bij deze leerling voortaan toetsen in aangepaste tijd en in afwijkende vorm te laten afnemen (mbo). In het voortgezet onderwijs kunnen gesignaleerde leerlingen eventueel worden doorverwezen voor vervolgonderzoek in verband met het verkrijgen van een dyslexieverklaring en de daarmee samenhangende faciliteiten.
Bij het afspreken van een protocol is belangrijk wat er in de school met de gegevens gedaan kan worden: is remediëring van tekorten mogelijk? Is extra begeleiding mogelijk? Zo ja, voor hoeveel leerlingen met welke problemen? Wanneer stuur je leerlingen door voor extern onderzoek? Wie worden er geïnformeerd over de resultaten (mentor, andere docenten, ouders, leerlingen zelf)? En hoe gaat dat dan in zijn werk? Uit deze opsomming blijkt al dat je voor het afspreken en opstellen van een protocol ruim de tijd moet nemen.